‘Wie het raakt praat mee’: Bureau Medezeggenschap en de 19 raden
Gepubliceerd op: 19-01-2023
Persoonsgerichte zorg is een groot thema in de sector. We vinden het steeds belangrijker dat zorg wordt ingericht op de behoeften van alle betrokkenen. En dat zorgontvangers, verwanten en professionals kunnen meepraten over alle beslissingen die hen raken. Hoe kan dat eruitzien in de praktijk? En waar moeten we rekening mee houden? Bij Vilans werken we hard om daar meer inzicht in te krijgen. In de verhalenreeks ‘wie het raakt praat mee’ nemen we je mee in inspirerende praktijkvoorbeelden van manieren waarop degenen die een besluit raakt, betrokken worden bij besluitvorming.
In veertig jaar heeft Renata Dijkstra aanzienlijke invloed gehad op de organisatie van verschillende inspraakvormen bij Pluryn. “We hebben naast een centrale cliëntenraad en 18 lokale raden ook ‘Bureau Medezeggenschap’ in het leven geroepen. Tien jaar geleden alweer.” Bij Bureau Medezeggenschap wisselen zo’n 20 cliënten elkaar gedurende de week af op hun eigen kantoor, als (arbeidsmatige) dagbesteding. Het Bureau is vier dagen per week open, en meestal zijn 8 à 10 cliëntcollega’s tegelijk aanwezig. Ook is er geld vrijgemaakt voor vier werkbegeleiders: “Maar het Bureau is van de cliënten. Het is hún kantoor, hún proces, en ze hebben hier de tijd en ruimte om echt te werken aan hun medezeggenschap”.
Over Renata en de medezeggenschap
Renata Dijkstra – van der Wolf is Coördinator Medezeggenschap Cliënten bij Pluryn. De medezeggenschap bestaat uit 18 lokale raden, 1 Centrale Cliëntenraad en een Bureau Medezeggenschap (BMZ). De 18 lokale cliëntenraden die Pluryn rijk is worden ondersteund door 4 ondersteuners.
Renata zelf is adviseur van de Centrale Cliëntenraad. Onlangs werd ze bij haar 40-jarig jubileum benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau voor haar bijzondere verdiensten voor de medezeggenschap en inspraak van mensen met een beperking. We ondervroegen haar over de inrichting daarvan bij Pluryn.
Werken aan medezeggenschap
Het ‘werken aan’ onderscheidt het Bureau van andere initiatieven. “Het tempo en niveau binnen standaard vormen van medezeggenschap zijn te hoog voor cliënten om echt op dezelfde manier mee te doen als anderen. Dan is het belangrijk om samen te lezen, voor te lezen, te verklaren, uit te leggen, een mening te vormen en die tijd is er vaak niet”. In Bureau Medezeggenschap wel, maar cliënten ondersteunen ook andere inspraakvormen. “Sommigen gaan mee naar de centrale raad, werken notulen en adviezen uit, organiseren inspiratieavonden. En bij het Bureau bedenken ze ook zelf dingen. Participatiegroepen om in de huizen een thema te bespreken bijvoorbeeld, met filmpjes die ze zelf verzinnen”.
Daarnaast ontwikkelen cliënten bij het Bureau materialen die binnen de organisatie steeds opnieuw kunnen worden gebruikt. Zoals een ‘kletspot’, ganzenbord met vragen, een grote, zachte dobbelsteen met vragen die je naar elkaar toegooit. En ook een spel om feedback te geven aan begeleiders, met een meetlint van rood naar geel naar groen, de stoplichtkleuren. “Met de kernwaarden van Pluryn op kaartjes met tekeningetjes en tekst, en dan kunnen cliënten kaartjes op het meetlint leggen. Individueel of als groep. Zo delen cliënten hun beeld over de medewerker zodat een gesprek ontstaat en/of begeleiders dit mee kunnen nemen in hun eigen ontwikkeling. Veel begeleiders vinden dat heel spannend. Er komt ook een foto van het resultaat in hun dossier. Maar het geeft wel een goed beeld van wat de cliënt vindt en voelt”.
Soms nog toeval nodig
Persoonsgerichte zorg is een belangrijk thema binnen Pluryn. “We vinden het belangrijk dat niet alleen het bestuur gaat bedenken wat persoonsgerichte zorg is, maar dat juist aan de cliënten wordt gevraagd wat zij daaronder verstaan”. En dat gaat niet altijd vanzelf. “Je moet cliënten en verwanten vroeg betrekken, niet achteraf pas een voorgenomen besluit voorleggen. Maar soms hangt het ook nog gewoon van het toeval af of ik bijvoorbeeld in een vroege fase iets opvang over een onderwerp waar cliënten ook over kunnen en moeten meepraten. Over een voorbereidende groep van persoonsgerichte zorg bijvoorbeeld: daar was nog geen cliënt bij aangesloten, maar toen ik dat opperde was iedereen meteen enthousiast. Het is geen onwil, maar mensen denken er niet meteen aan of weten niet hoe”. Dat zien ze nu ook bij de commissie Ethiek, waar vanuit het Bureau nu al jarenlang ook cliënten aan deelnemen onder leiding van een goede voorzitter. “Die cliënten leveren heel belangrijke input, bijvoorbeeld hun kijk op onderwerpen als wens tot levensbeëindiging, kinderwens, seksualiteit”.
Uitproberen mét cliënten
Iets als het Bureau is nog niet op veel andere plekken aanwezig. “Tot mijn grote teleurstelling niet. We hebben heel veel belangstelling en bezoekers vanuit het land gehad, heel veel verteld over hoe we dat hebben gedaan. Dan hoor je daarna soms op een landelijke netwerkbijeenkomst dat zij ook een Bureau Medezeggenschap hebben, maar als ik dan doorvraag zitten daar ondersteuners op een kantoor. Echt een gemiste kans. Ik ben zelf ook ernstig gehandicapt, dus ik weet wat cliënten overkomt. Zeggenschap is ook belangrijk in míjn leven.”
Wat Renata nog wil meegeven? “Elke organisatie moet tijd, gelegenheid en geld vrijmaken om iets te creëren waardoor cliënten en verwanten ook écht mee kunnen doen. Bij Pluryn doen cliënten mee aan de CCR samen met verwanten, omdat ondersteuners mee gaan naar de CCR. Gewoon gaandeweg uitproberen wat werkt voor cliënten. Vraag ze naar hun ervaring, vraag steeds nieuwe mensen, organiseer op verschillende tijden. Denk ook aan ouderpanels en denktanks, adviescommissies en digitale gespreksuren met directie en leidinggevenden En verder zouden best nog wat meer directeuren verantwoording mogen afleggen over wat zij doen met medezeggenschap en inspraak. Want zij zijn de schakel tussen de RvB en lokale cliëntenraden. Ik zou willen dat dat hoger op hun agenda’s zou komen.”
Meer lezen?
Binnenkort lees je op Vilans.nl ook het perspectief van Henk en Rob, twee cliënten die actief zijn (geweest) in de medezeggenschap van Pluryn.